Sinds een paar weken ben ik gericht op het thema Lucid Dreaming en de Tibetaanse droomyoga, hun boeddhistische visie op dromen en waken. Wakker worden betekent in wezen volledig bewustzijn, vrij worden van lijden, dus ook een ontwaken uit de droom die wij beleven als ‘het leven’, wat in wezen een voortdurend slaapwandelen is. Kortom: wij slapen niet alleen ’s nachts maar ook overdag, terwijl we menen wakker te zijn.
De droomyoga begint in wezen met de oefening van aandacht om zo een stabiele basis te creëren, die nodig is om lucide te kunnen dromen, ons daarin verder te ontwikkelen en tijdens het dromen inzicht te vergaren over de aard van het zelf, de psyche, leven en dood. Daarnaast zijn er oefeningen voor droomyoga overdag, ervan uitgaande dat de droomdimensie ’s nachts dezelfde kwaliteit heeft dan de droom, die we overdag beleven. In wezen komen de dromen en alle verschijnselen voort uit dezelfde bron, het substraat. Door het substraat te onderzoeken en te kennen kunnen we doordringen tot het primordiaal bewustzijn, wat voor de boeddhistische droomyogi veld van onderzoek is en bron van vervulling.
Meer hierover is te lezen in het boek ‘Wakker dromen’ van Alan B. Wallace.